The sweetest lie (1985) en Keep on funkin' (1985, fragment)

12 mei 2020 - Dieren, Nederland

Nog een keer: The sweetest lie. In 1985. Nog steeds een week voor ons eerste optreden. En als bonus voor deze blog: de foto’s van ons tweede optreden. Op 4 juni 1985. Het eindexamenfeest van mijn broer Maurits. Aan de Danckertstraat 7 in Den Haag. Thuis. We stonden niet tussen de schuifdeuren, maar achter in de woonkamer. Ons eerste huiskameroptreden. Op weg naar grote dingen. Charles Dickens. Great expectations (een boek uit de top-100 van de wereldliteratuur). Geert Mak heeft onlangs zijn variant op deze titel uitgebracht: Grote verwachtingen. Over de recente geschiedenis van Europa. Die ligt nog ongeopend voor me op tafel.

1985. We waren jong. Jongens waren we, maar aardige jongens. Om met Nescio te spreken. Meestal was het Loek die dit citaat naar voren bracht. Als zelfreflectie. Zo zagen we ons ook, als jongens. Is eigenlijk nog steeds het geval. Jongens zijn we, en … aardige jongens. Nu bedoelen we er ook Lydia mee. We identificeerden ons met die jongens uit Dichtertje, De Uitvreter en Titaantjes. Vooral het schrijven van Nescio over de onschuld en dromen van de jeugd. Niet met zijn hoofthema dat die onschuld en dromen onvermijdelijk verkeren in burgerlijke gezapigheid. Dat vraagt om een nieuwe reflectie: zijn wij burgerlijk gezapig geworden? Heeft de tijd onze onschuld en dromen uitgewist? Is onze horizon gekrompen? Of hebben we geleerd dat het gaat om de kleine dingen des levens? Zoals ons nummer The final call: “The sand on a warm day. A walk with a friend. A smile from a stranger. A day without end”. Misschien is het uiteindelijk dat waar het omgaat in het leven. De eenvoudige en alledaagse dingen. Om met Gandhi te spreken: “Bijna alles wat u doet is onbelangrijk, maar het is erg belangrijk dat u het doet”.

In 1985 waren we meer van de school van Nescio. Van die jongens. En van: “Een groot dichter zijn en dan te vallen. Maar er kwam nooit wat van, want als je een dichtertje bent, dan loopen de mooiste meisjes altijd aan den overkant van de gracht. En zoo werd z'n heele leven één gedicht, wat ook vervelend wordt”. Vooral de eerste zin. Daar zat de hele Romantiek in. Overigens is al het bovenstaande natuurlijk ook geromantiseer. Optreden was toch vooral inspannend. Nog niet ontspannend.

Maar toch. We waren ook die jongens. De wereld lag aan onze voeten. De toekomst was eindeloos. De dromen dichterbij dan we dachten. Kroegen en poppodia, theaters en schouwburgen, festivals en feesten, een Franse tournee. In juni 1985 waren het onze eerste prille schreden. In september van 1985 staan we al op de Leidse Uitmarkt, de opening van het Leidse culturele seizoen in de Pieterskerk.

Het tempo zit in juni qua optredens goed in. Na ons eerste optreden op 29 mei zijn we maar een paar dagen verder. Weer een doordeweekse dag. We draaiden er onze hand niet voor om. Er volgden die juni van 1985 nog twee optredens: bij het Buurtcomité Duyckstraat in Oegstgeest en in het Cultureel Centrum De Sjelter in Leiderdorp. Allebei op 22 juni en lekker dichtbij. In Oegstgeest ons eerste buitenoptreden. In Leiderdorp ons eerste optreden waar we als band met aanhang in de meerderheid waren. Ik kan me herinneren dat er af en toe iemand in de zaal was. Kinderen waren het. Of misschien jongens …

Het heeft ons sterker gemaakt. Publiek of geen publiek. We speelden voor de muziek, de kunst, het plezier, voor en met elkaar (en natuurlijk voor onze aanhang). De foto’s van de Duyckstraat heb ik ook gevonden. Die volgen binnenkort. Wat zie je? Mooi weer. Dansende mensen. Een feest.

De nummers van vandaag: The sweetest lie en Keep on funkin’. The sweetest lie loopt als een trein. We schudden het nummer zo uit onze mouw. Dat was kort geleden een stuk moeilijker, toen we het nummer weer oppoetsten. Moeilijker om die feel weer terug te pakken. Markant is Keep on funkin’ aan het einde van kant 1 van Volume 4 van het Divaz hitarchief. In eerste instantie herken je het nummer niet. Er is sprake van een zeldzame variant. Wel een om te onthouden. De opname wordt vrij snel afgebroken (bandje vol), maar smaakt naar meer. Misschien dat de echo van het nummer nog naklinkt in de Witte Poort Kazerne?